Ken je dat? Dat je een goede vriend mist en in google zijn naam intypt? Vandaag dacht ik aan mijn allerbeste vriend, die op 17 april 2011 deze planeet verliet en ik typte zijn naam in. Het leverde niet veel nieuws op, behalve dat zijn boek nu als pdf verkrijgbaar is. Maar ik las nog een keer de necrologie die werd geschreven door Asanga Tilakaratne, in The Island, een grote Engelstalige krant in SriLanka. Asanga haalt wat herinneringen op aan de eeuwigdurende disputen die ze hielden en waarin ze het nooit eens konden worden over de essenties van het boeddhisme.
Radicale inzichten
Mijn vriend Nalin benadrukte vooral de radicale inzichten die de Boeddha doorgaf en vond dat hij een sociaal culturele vernieuwer van de grootste orde was. Volgens Asanga ging hij daarmee totaal voorbij aan de religieuze kanten van het boeddhisme. Mijn vriend vond dat er genoeg andere mensen waren die zich daarmee bezighielden!
Nalin sprak vaak over anatta, het principe dat er geen doorgaand ‘zelf’ is. Hij vond hele idee van anatta revolutionair en aarzelde nooit om dat te verkondigen, gestaafd met zijn eigen visie erover, zelfs niet temidden van de meest recht-in-de-leer zijnde boeddhisten. En het kwam nogal eens ter sprake in onze eigen discussies over spiritualiteit, in verband met ideeën over reïncarnatie.
Reïncarnatie
Soms kon ik zijn theorieën niet volgen en gingen ze me boven de pet. Toch heb ik nooit geloofd dat een mens één op één reïncarneert in weer een volgende mens (of andere levensvorm). Er zou op z’n minst vermenging plaatsvinden dacht ik.
Zelfs de Tibetaanse tulku’s, waar de Dalai Lama er ook één van is, zullen niet één op één overgaan. Wel hebben ze vele herinneringen aan hun vorige incarnaties. Maar mensen die de dertiende hebben gekend, zeiden dat de huidige veertiende veel eigenschappen met hem gemeen had en toch hadden ze ook verschillen.
Ik heb wel eens horen vertellen dat de soefi’s er helemaal niet in geloven, in reïncarnatie. De reden dat mensen denken herinneringen te hebben aan vorige levens, zeggen ze, ligt in het feit dat opstijgende en neerdalende zielen elkaar halverwege ontmoeten en elkaar verhalen vertellen over hun levens op aarde.
Het ‘zelf’ als een cluster
Het begrip Anatta heeft een iets andere lading. Het is het idee van geen doorgaand ego. De Boeddha leerde ons dat er geen permanent, onveranderbaar Zelf is. In het boeddhisme, net zoals in de psychologie, wordt het ‘zelf’ beschouwd als een voortdurend evoluerend cluster van indrukken, herinneringen, en eigenschappen. En dat cluster is wat bij reïncarnatie wordt doorgegeven.
Voetbalteam
Het individu is als een voetbalteam, 75 jaar geleden opgericht. Gedurende die tijd zijn er honderden spelers bij het team gekomen, hebben vijf of tien jaren gespeeld en zijn vervangen door andere spelers. Zelfs als niet één van de originele spelers nog in het team zit, of zelfs in leven is, is het nog steeds geoorloofd om te zeggen dat ‘het team’ bestaat. Zijn identiteit is herkenbaar, ondanks de voortdurende wijziging. De spelers zijn harde, vaste entitetien, maar waarvan is de identiteit van het team eigenlijk gemaakt? De naam, de herinneringen aan successen in het verleden, de gevoelens die de spelers en supporters erover hebben, de teamgeest, enzovoort. Individuen zijn hetzelfde. Ondanks het feit dat lichaam en geest voortdurend veranderen, het is nog steeds geoorloofd om te zeggen dat de persoon die opnieuw geboren was een voortzetting is van de persoon die dood ging, niet omdat een onveranderd zelf van de een naar de ander ging, maar omdat de identiteit blijft bestaan, in de herinneringen, de aanleg, eigenschappen, mentale gewoonten en psychologische neigingen.
Het boeddhisme onderscheidt in plaats van het ‘zelf’, vijf spaken van een wiel:
- materie
- bewustzijn
- gevoel
- perceptie en geheugen
- mentale staten
Geen enkele van de vijf is permanent, ze bestaan alleen in het lichaam en de mind. Ze kunnen niet bestaan zonder het lichaam, maar het lichaam kan ook niet zónder hen bestaan!
De wagen
Nagasena, een boeddhistische monnik, die leefde rond 150 vC, vergelijkt het in de Milindapanha met een wagen. Is de trekstang de wagen? Nee, zegt zijn leerling. Is de as de wagen? Nee, ook niet. Zijn de wielen dan de wagen? Bij alle volgende vragen over de onderdelen is het antwoord nee. De wagen bestaat niet zonder de onderdelen.
Toch zijn de onderdelen niet de wagen. Nagasena zegt dat de wagen gewoon een woord is. Het concept ‘wagen’ is niet permanent. Dat is ook zo met het ‘zelf’. Het zelf is het totaal van de onderdelen. Niets meer of minder.
Illusie
In het boeddhisme gaat het er dus niet om, dat het ego moet worden vernietigd, zoals velen denken. Het gaat er om, doordrongen te worden van het idee dat er geen ego is! Als we zien dat het ego een illusie is, zullen we ophouden om te lijden en elkaar geweld aan te doen.
Als variatie dus, op Het Goede Doel:
Een keer trek je de conclusie
Het ego is een illusie
Het ego is een droom
Een pakketje schroot, met een dun laagje chroom
Welk ‘cluster’ herkennen we in dit meisje?
Bronnen: